Het boerenperspectief in een waterkerend landschap (werkatelier #2)
Na het eerste werkatelier in Zeeuws-Vlaanderen, was Zuid-Beveland het volgende decor voor een inspirerend werkatelier van Werken met Waterlandschappen. Op 16-17 juni 2022 werd door Jan Maurits van Linge en Mascha Dedert een zoektocht begeleid naar waterlandschappen waarin voedselproductie, waterveiligheid, recreatie en natuurbeheer gecombineerd worden in de Zak van Zuid-Beveland. Multifunctioneel gebruik klinkt perspectiefvol, maar wat vindt de boer ervan?
Gemaal Maelstede naast boeren land. Foto credits: Jeroen Veraart.
Het boerenperspectief
Eens in de zoveel tijd gebeurt het: er rijdt een Mercedes het erf op. Er stapt een man in pak uit. Hij biedt de boer een ‘kans’, die later tegen blijkt te vallen. Geen wonder dat boeren sceptisch zijn geworden bij de aankondiging van nieuwe plannen. In de Zak van Zuid-Beveland worden ook plannen gemaakt. Daar wordt nagedacht over de toekomst van het kustlandschap van de Westerschelde binnen bijvoorbeeld het Hoogwaterbeschermingsprogramma en het Zeeuws Deltaplan Zoet Water. Daarmee komen er allerlei componenten samen die belangrijk zijn in het vormgeven van waterlandschappen. Vaak wordt nagedacht over herinrichting, maar volgt het gesprek met de grondeigenaren pas later. In dit werkatelier is deze benadering omgedraaid door waterlandschappen ook vanuit het boerenperspectief te bezien.
Leren van elkaar
Het werkatelier vond plaats nabij Nisse in de Schaapskooi. Dat ligt midden in het landelijk gebied van de Zak van Zuid-Beveland. Een diverse groep van 22 deelnemers kon in deze omgeving twee dagen loskomen van hun dagelijkse bezigheden. Ze focusten zich op het gebied in de context van waterlandschappen. Met humor en creativiteit begeleidde ateliermeester Jan Maurits van Linge de werksessies. Dat resulteerde in proactieve en enthousiaste brainstormsessies. Om de voor waterlandschappen relevante vraagstukken beter te kunnen duiden, waren sprekers van o.a. Waterschap Scheldestromen en het Deltaplan Zoetwater (Provincie Zeeland) uitgenodigd. Tijdens bezoeken aan verschillende locaties kregen de deelnemers een toelichting van stakeholders uit het gebied. Zo vertelde Jelle-Jan Pieterse van het waterschap bij Fort Ellewoutsdijk over het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Om een indruk te krijgen van hoe het is om daar te wonen, werd een inwoner in Oudelande bezocht. De eigenaar van camping Scheldeoord lichtte het perspectief van de recreatiesector toe. Met Natuurmonumenten werd een inlaag en de Zwaakse Weel bezocht. De Zwaakse Weel kan mogelijk ruimte bieden aan meer zoetwater, wat een voordeel kan zijn voor zowel natuur als landbouw. Alle nieuwe kennis en inzichten werden tijdens een laatste werksessie op dag 1 verder uitgewerkt, waarna de dag werd afgesloten met een BBQ.
Deelnemers aan het werkatelier op de dijk bij Scheldeoord. Foto credits: Hedzer Spaans.
Leren van de boer
In de voorbereiding van het werkatelier is contact geweest met ZLTO en een aantal boeren. De vertegenwoordiger van ZLTO en enkele deelnemers die de belangen van boeren konden inbrengen waren bij het werkatelier aanwezig. Op de tweede dag waren de deelnemers welkom bij een boer, die pal achter de dijk bij de Westerschelde woont. Deze boer had al veel ‘mannen in blauwe pakken’ zijn erf zien oprijden met plannen om het landschap te veranderen, waarbij de kansen voor de boer later bleken tegen te vallen. En toch ontving hij de deelnemers van het werkatelier heel open. Hij legde uit waar hij als boer tegenaan loopt, zoals lage prijzen voor zijn producten en steeds strengere regelgeving. Ook liet hij eerlijk blijken dat hij sceptisch is over natuurontwikkeling. Het is natuurlijk waardevol, maar binnen de huidige markt onhaalbaar voor een boer om hieraan bij te dragen als de boer zijn bedrijf wil voortzetten. Zijn zorgen zijn ter harte genomen en gaven nieuwe inzichten voor de laatste werksessie, waarin sociale businessmodellen verder werden uitgewerkt. Met dit werkatelier is een eerste aanzet gegeven voor herstel van vertrouwen en een volwaardige rol voor de boer in het perspectief op waterkerende landschappen.
En nu?
Hoe kunnen we verder met het boerenperspectief in ons project Werken met Waterlandschappen? Ons project is niet verbonden aan een lopend planproces in Zuid-Beveland. Het voordeel daarvan is, dat de werkateliers een ruimte bieden om vrij na te denken over de toekomst van het landschap, los van de belangen die overheden en ondernemers in dit gebied hebben. Het werkatelier kan daarmee dienen als startpunt voor een broedplaats, voor nieuwe ideeën, integrale benaderingswijzen, koppelkansen en sociale innovatie. Uiteindelijk willen we perspectieven bieden om maatschappelijke meerwaarde te realiseren voor iedereen, door het aanleveren van de juiste combinatie van ‘bouwstenen’. In het vervolg van Werken met Waterlandschappen zullen we de tijdens dit werkatelier opgehaalde resultaten verder uitwerken en concretiseren met betrokken belanghebbenden en aansluiten bij andere projecten binnen waterkerende landschappen.
Maar allereerst staat voor het najaar een bijeenkomst in Groningen gepland, waarbij we in samenwerking met Groningse partners een werkatelier organiseren rondom waterkerende landschappen in het kustlandschap van de Eems-Dollard.